Lies & Teije's reis website

Stranden en een olijfoliefabriek


Home -> Europa -> Griekenland -> Reisverslag Griekenland -> 04 & 05 juli 2017
Zoeken

Dinsdag 04 juli, stranden en een olijfoliefabriek

Bosbrand bij Keri Bosbrand bij KeriAls we vanochtend naar Keri rijden, zien we van ver af al rookwolken en langs de weg staan mannen met stokken en scheppen om een bermbrand te blussen. Iets verderop staat een kleine brandweerwagen met brandslangen maar zo te zien breidt de brand zich snel uit. We worden gemaand door te rijden en dat doen we dan ook snel, we willen ze niet tot last zijn. Door de hoge temperaturen en de droogte na maanden zonder regen van enige betekenis breken er ieder jaar wel bosbranden door heel Griekenland uit. Zo brandde vorig jaar, 3 maanden na ons bezoek, een groot deel van de bossen op het eiland Thassos af.
De kust bij de Keri vuurtorenWe rijden door Keri, een traditioneel gebouwd bergdorpje met smalle geplaveide steegjes, naar de Keri vuurtoren bij de kust. De weg ernaartoe is smal, ook door het dorp maar we komen gelukkig niet veel verkeer tegen. De vuurtoren zelf stelt niet zoveel voor maar we kunnen wel goed zien hoe rotsachtig de kust hier is. Steile rotsen die bijna loodrecht de zee ingaan en in de kalksteen zijn heel wat openingen in de rotsen ontstaan die op grotten lijken. De meeste ervan kun je alleen zien wanneer je een bootexursie boekt of een boot huurt. Bij het terrein staan bordjes dat het privé-bezit is en dat een consumptie verplicht is. Er staat een provisorisch cafë waar we eerst koffie bestellen.
Teije bij de kliffen van Keri De rotskust bij KeriDe koffie is niet erg lekker maar het uitzicht maakt alles goed, wat een prachtig uitzicht. Het schijnt dat je vanaf deze plek fantastische zonsondergangen kan zien en dat wil ik best geloven. Maar het is dan wel erg druk en als je de recensies op internet leest, maakt de eigenaar van het café daar listig gebruik van. Die is misschien ook verantwoordelijk voor het feit dat de grootste vlag van Griekenland (bijna 37 bij 18 meter) niet meer te zien is. Deze hing aan een mast op 50 meter hoogte maar sinds het stuk land prive-bezit is schijnt die niet meer gehesen te zijn. Als dat niet klopt, horen we het graag. We maken nog een korte wandeling over het rotsachtige terrein en kunnen op sommige plekken bijna recht naar beneden kijken, best eng als je hoogtevrees hebt.
Omdat Teije nog veel last van zijn knie heeft gaan we niet zoveel doen vandaag dus we gaan op zoek naar een ander strand, want we willen nu dat de auto wat beter in het zicht staat want we willen niet meer dat ze nog een keer proberen in te breken. We rijden weer langs de westkust maar op de meeste mooie stranden is het behoorlijk druk.
Het eiland Agios Sostis op Zakynthos Het eiland Agios Sostis op ZakynthosMaar bij Agios Sostis vinden we bij de Ifalos Beachbar een klein strandje met niet teveel drukte en we kijken uit op het eilandje dat ook Agios Sostis heet en waar je naar toe kan lopen over een houten brug. Het eiland is in de 17e eeuw na een zware aardbeving van het vasteland afgebroken. Je moet betalen om er naar toe te gaan want het is privé-bezit en er is een bar met discotheek. Wij kijken vooral naar de binnenkomende vliegtuigen die vlak boven het eilandje lijken heen te scheren.
Uitzicht vanaf de Ifalos Beachbar in Ahios SostisHet water is heerlijk warm maar het wordt ook steeds wat drukker, je merkt dat het hoogseizoen eraan komt. Na een tijdje gaan we op het terras van de strandbar zitten waar we een lichte lunch met een salade nemen. Het zit hier heerlijk in de schaduw en ik ben blij dat we niet in het oosten van Griekenland zijn gebleven waar het ook nu nog tot wel 8 tot 12 graden warmer is dan hier. De temperaturen hier liggen tussen de 30 en 35 graden overdag maar 's nachts wordt het niet koeler dan 24 graden, ideaal om lang buiten te zitten. Na de lunch gaan we nog even aan het strand liggen en rijden daarna nog wat rond maar veel bijzonders doen we vanaag verder niet.

Woensdag 05 juli 2017, het Laganas strand en een olijfolie fabriek

De onechte karetschildpad op Zakynthos Het Laganas strand op ZakynthosOok vandaag doen we niet zoveel maar we willen eens kijken of we ook van dichterbij de vliegtuigen kunnen zien en daarvoor gaan we naar Laganas, de populairste vakantieplaats van het eiland. Het plaatsje zelf is helemaal niets voor ons, echt een voorbeeld van massatoerisme waar schreeuwerige restaurants, bars en winkels de aandacht vragen van de massaal rondlopende toeristen, vooral jongelui. Wij rijden tot aan het Laganas strand waar grote borden informeren dat hier de onechte karetschildpad haar eieren legt en dat je geen nesten mag verstoren.
Het is best druk op het strand maar grappig genoeg is er een heel middenstuk waar bijna niemand is. Dat heeft waarschijnlijk te maken met de aanvliegroute van de vliegtuigen want die komen hier precies overheen voordat ze landen op het vliegveld een paar honderd meter het binnenland in.
Een vliegtuig boven het Laganas strand, Zakynthos Een vliegtuig boven het Laganas strand, ZakynthosWij vinden het juist wel bijzonder om de vliegtuigen zo van dichtbij te zien. Ik heb iets met vliegtuigen, ook al houd ik niet van vliegen. Maar ik blijf het verbazingwekkend vinden dat die metalen gevaartes in de lucht kunnen blijven hangen. In de winter vliegt er hooguit 1 vliegtuig per dag naar het eiland maar in de zomer zijn dat er tientallen en in de 2,5 uur dat wij op het strand liggen, vliegen er heel wat over ons heen. Ik moet er alleen niet aan denken dat eentje iets te vroeg naar beneden komt.
Machines voor het persen van olijven Oude apparatuur bij de Aristeon olijfoliefabriekMaar we komen weer heelhuids van het strand en zijn hard toe aan een koel drankje, het lijkt ook hier steeds warmer te worden. Maar we willen ook nog wel iets doen behalve op terrasjes en het strand rondhangen en we hebben al een paar keer een bordje bij Lithakia gezien naar een olijfoliefabriek, Aristeon genaamd, daar gaan we nu naar toe. We komen op een terrein met een grote hal waaromheen allerlei machines staan, modern en oud die gebruikt zijn bij het persen van olijven. Griekenland is de op 2 na grootste olijfolieproducent van de wereld hoewel er maar heel weinig olie als originele Griekse op de markt komt.
De Grieken hebben nooit, zoals men in Spanje en Italië wel heeft gedaan, aan merkbekendheid gewerkt maar dat komt ook omdat er vooral heel veel kleine olijfgaarden zijn waar boeren, vaak familiebedrijven, geen massaproducten van een gelijke kwaliteit kunnen maken. Griekse olijfolie wordt nog maar weinig in het buitenland verkocht onder een Griekse merknaam maar het gaat wel met tankers vol naar Italië waar het gemengd wordt met de lokale olijfolie en dan als Italiaans merk verkocht wordt. Opmerkelijk is wel dat we overal horen dat de Griekse olijfolie veel beter zou zijn van kwaliteit dan bijvoorbeeld de Italiaanse en Spaanse, er zitten meer antioxidanten in die het lichaam beschermen. Zelf houd ik niet zo van olijfolie maar Teije wel en die zegt dat het ook meer smaak heeft en wat pittiger is.
Apparatuur bij de Aristeon olijfoliefabriek Teije bij de Aristeon olijfoliefabriekHet Aristeon is een moderne olijfolie fabriek met een museum erbij waar de apparatuur wordt getoond die in de loop van de tijd gebruikt is om olijfolie te maken en je kunt ook het hele proces volgen zoals nu de olie wordt gemaakt. Dat hebben ze heel slim gedaan want je kunt er gratis naar binnen, de verschillende soorten oliën proeven en natuurlijk ook kopen. Het is wel grappig dat er alleen Nederlanders rondlopen als wij er zijn. Maar we nemen wel een paar flessen olijfolie mee dus qua marketing is de opzet van het museum een hele goede zet. Daar kunnen andere Grieken nog wat van leren. Ze hebben zelfs een folder in 18 talen.

 


© Teije & Elisabeth 2000 - 2024 Naar boven