Informatie over Berlijn
Feiten over Berlijn
De (nationale) vlag | |
Officiële naam | Berlin (Berlijn) |
Oppervlakte | Ongeveer 890 vierkante km |
Aantal inwoners | Ongeveer 3,4 miljoen. In de metropool Berlijn-Brandenburg wonen zo'n 6 miljoen mensen |
Bevolkingsdichtheid | 3.960 mensen per km² |
Hoofdstad | Berlijn is de hoofdstad van Duitsland en als stadstaat ook een deelstaat ervan. Vroeger was Bonn de hoofdstad van West-Duitsland, Berlijn de hoofdstad van de DDR. |
Munteenheid | De Euro vanaf 2002, 1 € is ca. $ 1,17 (2017) |
Wegennet | De wegen naar en in Berlijn zijn in het algemeen erg goed. De meeste slechtere wegen in voormalig Oost-Duitsland worden in snel tempo verbeterd. Maar het allerbelangrijkste: het openbaar vervoer: koop een dagkaart of meerdagenkaart en reis naar alle uithoeken van Berlijn. Op deze manier kom je vrij goedkoop op allerlei afgelegen en mooie plekken waar je lopend niet snel zou komen in deze grote wereldstad. |
Brandstofprijzen | Zie de website van de ANWB |
Code auto kentekenplaat | D (en als eerste letter van het kenteken een B voor Berlin) |
Telefoon landcode | 49 |
Internet landcode | .de |
Tijdsverschil | GMT+1; dezelfde tijd als in Nederland |
Geografische gegevens
Berlijn is de hoofdstad en tevens grootste stad van Duitsland (Bundesrepublik Deutschland). Gelegen in het noordoosten van het land is de stad door rivieren en waterwegen verbonden met de Oostzee. Berlijn is ook een belangrijk industrieel en cultureel centrum. De belangrijkste straat van oudsher is Unter den Linden waaraan tal van historisch belangwekkende gebouwen liggen en die tot aan de Duitse hereniging op DDR-grondgebied lag. Berlijn heeft meer water en bruggen dan Venetië.
Berlijn heeft een oppervlakte van bijna 890 vierkante kilometer en de stadsgrens is 234 km. lang. Het schijnt dat een ritje rond Berlijn over de ringweg bijna 300 km is. 18 procent van Berlijn bestaat uit natuur en parken, het wateroppervlakte beslaat bijna 7%. Daarmee is Berlijn één van de groenste steden van Europa. Berlijn is hoofdstad en deelstaat van Duitsland, gelegen aan de Spree, waar deze uitmondt in de Havel.
Voor de val van de muur besloeg Oost-Berlijn zo'n 400 km2.
De stad is gebouwd op een redelijk vlak gebied, het hoogste punt is de Kreuzberg (35m, of 66 volgens een andere gids).
Berlijn heeft een oppervlakte van bijna 890 vierkante kilometer en de stadsgrens is 234 km. lang. Het schijnt dat een ritje rond Berlijn over de ringweg bijna 300 km is. 18 procent van Berlijn bestaat uit natuur en parken, het wateroppervlakte beslaat bijna 7%. Daarmee is Berlijn één van de groenste steden van Europa. Berlijn is hoofdstad en deelstaat van Duitsland, gelegen aan de Spree, waar deze uitmondt in de Havel.
Voor de val van de muur besloeg Oost-Berlijn zo'n 400 km2.
De stad is gebouwd op een redelijk vlak gebied, het hoogste punt is de Kreuzberg (35m, of 66 volgens een andere gids).
Bevolking
Van de 82 miljoen inwoners in Duitsland wonen er ongeveer 15 miljoen mensen in het voormalige Oost-Duitsland en 3,5 miljoen in Berlijn. Berlijn is de grootste "Turkse stad" na Istanboel: er wonen er bijna 300.000. Dit komt mede door de oude Duitse regeling dat buitenlanders minstens 15 jaar in Duitsland moesten wonen voor ze het Duitse staatsburgerschap konden krijgen. Ook kinderen van buitenlandse ouders die toch in Berlijn (en heel West-Duitsland) werden geboren kregen niet de Duitse nationaliteit. Een nieuwe wet heeft de termijn van 15 jaar inmiddels verkort tot 8 jaar en in Duitsland geboren kinderen krijgen automatisch de Duitse nationaliteit en moeten eenmaal (tussen hun 18e en 23e levensjaar) beslissen of ze Duitser willen blijven of de nationaliteit van hun ouders willen krijgen.
Talen
Berlijn is een wereldstad en de bevolking vormt een mengeling aan bevolkingsgroepen, waaruit ooit de 'echte Berlijner' is ontstaan. In het westen was dat uiteraard een West-Berlijner met hun eigen dialekt. Na Die Wende vond een 2e versmelting plaats van groepen Berlijners onderling en de Oost-Berlijners hadden een enigszins ander dialekt ontwikkeld. Hoewel het allemaal Duits is, zijn er diverse Berlijnse dialekten te onderscheiden. Daarnaast is er nog een grote groep Turken die Turks als eerste taal gebruikt.
Op Wikipedia kun je meer lezen over het Berlijnse dialect.
Op Wikipedia kun je meer lezen over het Berlijnse dialect.
Geschiedenis
Berlijn is een relatief jonge stad in Europa en ontstaan uit twee stadjes - het ene, Cölln, op het Spree-eiland, en het andere, Berlin, ten noorden daarvan op de rechteroever gelegen - die in 1237 en 1244 het eerst in oorkonden genoemd worden. In 1432 kwamen beide onder één bestuur. De stichtings-statuten zijn verloren gegaan. Hieronder een aantal belangrijke data:
ca. 720: Twee Slavische stammen vestigen zich in de buurt van het hedendaagse Berlijn.
1237: Cölln wordt voor het eerst vermeld in oorkonden (op 28 oktober) en deze datum wordt aangehouden als de officiële stichtingsdatum van Berlijn.
1307: Cölln en Berlijn stellen een gemeenschappelijke raad in, maar blijven zelfstandig.
1432: De steden komen onder één bestuur.
1448: Na onlusten moet de stad haar lidmaatschap van de Hanze opgeven en werd aan de stedelijke autonomie vrijwel een einde gemaakt.
1470: Berlijn wordt regeringszetel van de Brandenburgse keurvorsten.
1539: Keurvorst Joachim II bekeert zich tot de leer van Luther en Berlijn wordt een protestants bolwerk.
1617: Het eerste weekblad verschijnt in Berlijn.
1618-1648: De Dertigjarige Oorlog is zwaar voor Berlijn: slechts weinig Berlijners overleven het (6000 volgens de annalen).
1685: Immigratie van hugenoten (vervolgde protestanten) uit Frankrijk.
1701: Keurvorst Frederik III wordt als Frederik I koning van Pruisen en maakt Berlijn tot hoofdstad van zijn koninkrijk.
1719: Volgens een volkstelling heeft Berlijn 64.000 inwoners waarvan ca. 20% hugenoten.
18e eeuw: Pruisen groeit uit tot een wereldmacht na meerdere oorlogen en Berlijn wordt een wereldstad.
ca. 1800: Berlijn telt nu ca. 170.000 inwoners.
1808: Berlijn krijgt door de gemeentewet van Vom Stein zijn stedelijk zelfbestuur na 360 jaar terug.
1871: Stichting van het Duitse Rijk. Berlijn wordt de rijkshoofdstad. Een tijdperk van industriële expansie en stedelijke ontwikkeling begint en het inwonertal goeit tot bijna twee miljoen in 1900.
1918-1920: Op 9 nov. 1918 breekt revolutie uit. De gematigde meerderheidssocialisten hebben de leiding en roepen de Deutsche Republik uit, maar Karl Liebknecht roept de Freie Sozialistische Republik uit. In de winter van 1918-1919 breken straatgevechten uit en de regering gebruikt het leger om de revolutie te onderdrukken. In jan. 1919 worden Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg verslagen. Op 13 maart 1920 volgt de Kapp-Putsch om de Constitutie van Weimar weer omver te werpen, maar dit mislukt. In 1920 wordt Berlijn uit de provincie Brandenburg gelicht en wordt als Groot-Berlijn een zelfstandige bestuurseenheid. 7 omliggende steden, 59 plattelandsgemeenten en 27 landgoederen worden toegevoegd aan Gross-Berlin.
1933 - 1945: Hitler wordt benoemd als rijkskanselier en de Joodse gemeenschap in Berlijn wordt gedecimeerd. Luchtaanvallen door de geallieerden maken ook veel slachtoffers. Wanneer Berlijn in 1945 kapituleert is het inwoneraantal geslonken van 4,8 tot 2,3 miljoen.
1945: Aan het einde van de tweede wereldoorlog is Berlijn een ruïne en wordt bezet door de vier geallieerde legermachten: Amerika, Groot-Britannië en Frankrijk in het Westen, het Sovjet leger in het Oosten.
1948/1949: De toenemende onenigheid tussen de drie westerse machten enerzijds en de Russen anderzijds maken een gemeenschappelijk stadsbestuur op den duur onmogelijk. Wanneer de westerse grote drie begin 1948 besluiten in hun sectoren de geldsanering door te voeren, leidt dit aan Sovjetzijde tot een heftige reactie. De toevoerwegen naar West-Berlijn worden afgesneden en geblokkeerd. De westerse mogendheden stellen dan een luchtbrug in (april 1948) om de inwoners van het eiland West-Berlijn van brandstof en voedsel te voorzien. Na één jaar wordt de blokkade opgeheven.
1949/1950: Met de instelling van de Bondsrepubliek Duitsland en de DDR wordt een reorganisatie van het Berlijnse stadsbestuur noodzakelijk. Onder Reuter wordt West-Berlijn in 1950 tegelijkertijd als een Land van de bondsrepubliek en als een stad geconstitueerd. Het oostelijk deel van de stad onder burgemeester Ebert jr. kan daarentegen geheel in de DDR worden geïntegreerd en wordt formeel en feitelijk haar hoofdstad. De geringe beperkingen van het goederen- en reizigersverkeer maken de stad in de jaren vijftig tot een unieke ontmoetingsplaats tussen West en Oost. Talrijke Oost-Duitsers kunnen via Berlijn naar het Westen uitwijken.
16/17 juni 1953: Volksopstand in de DDR en in Oost-Berlijn. Tanks van het Sovjetleger onderdrukken de Oost-Berlijnse arbeidersopstand.
13 aug. 1961: Begin van de bouw van de Berlijnse Muur om de vluchtelingenstroom van Oost naar West te stoppen.
3 sept. 1971: Ondertekening van het Viermachtenstatuut waarin de status van Berlijn wordt vastgelegd. Hierop volgen ook nieuwe verdragen tussen de Bondsrepubliek en de DDR met betrekking tot Berlijn.
9 nov. 1989: De ineenstorting van het oostblok leidt tot geweldloze massademonstraties en een massale uittocht naar de socialistische broederlanden. Op 9 november wordt de muur opengesteld voor Oost-Duitsers.
3 okt. 1990: Duitsland wordt officieel herenigd. De Bondsdag besluit met een krappe meerderheid tot de verhuizing van de Bondsdag en de regering naar Berlijn dat weer hoofdstad wordt van Duitsland.
dec. 1990: De eerste vrije verkiezingen voor heel Berlijn vinden plaats.
1994: De geallieerden vertrekken definitief uit Berlijn. In april 1994 kwamen de regeringen van Berlijn en Brandenburg tot een overeenkomst die voorziet in het samengaan van beide deelstaten.
1995: Christo pakt het Rijksdaggebouw in.
Mei 1996: In een referendum over het samengaan van Berlijn en Brandenburg stemt Berlijn met een kleine meerderheid voor, maar Brandenburg stemt tegen en de fusie gaat niet door. Brandenburg is een rijke deelstaat en Berlijn een geldverslindende staat (mede door alle bouwprojekten).
2000: De regering is in Berlijn aangekomen. De Bundestag houdt zijn eerste zittingen in de Reichstag. Berlijn wordt het favoriete reisdoel in Duitsland.
Voor websites met meer info over de geschiedenis van Berlijn kun je kijken op onze linkpagina Berlijn.
ca. 720: Twee Slavische stammen vestigen zich in de buurt van het hedendaagse Berlijn.
1237: Cölln wordt voor het eerst vermeld in oorkonden (op 28 oktober) en deze datum wordt aangehouden als de officiële stichtingsdatum van Berlijn.
1307: Cölln en Berlijn stellen een gemeenschappelijke raad in, maar blijven zelfstandig.
1432: De steden komen onder één bestuur.
1448: Na onlusten moet de stad haar lidmaatschap van de Hanze opgeven en werd aan de stedelijke autonomie vrijwel een einde gemaakt.
1470: Berlijn wordt regeringszetel van de Brandenburgse keurvorsten.
1539: Keurvorst Joachim II bekeert zich tot de leer van Luther en Berlijn wordt een protestants bolwerk.
1617: Het eerste weekblad verschijnt in Berlijn.
1618-1648: De Dertigjarige Oorlog is zwaar voor Berlijn: slechts weinig Berlijners overleven het (6000 volgens de annalen).
1685: Immigratie van hugenoten (vervolgde protestanten) uit Frankrijk.
1701: Keurvorst Frederik III wordt als Frederik I koning van Pruisen en maakt Berlijn tot hoofdstad van zijn koninkrijk.
1719: Volgens een volkstelling heeft Berlijn 64.000 inwoners waarvan ca. 20% hugenoten.
18e eeuw: Pruisen groeit uit tot een wereldmacht na meerdere oorlogen en Berlijn wordt een wereldstad.
ca. 1800: Berlijn telt nu ca. 170.000 inwoners.
1808: Berlijn krijgt door de gemeentewet van Vom Stein zijn stedelijk zelfbestuur na 360 jaar terug.
1871: Stichting van het Duitse Rijk. Berlijn wordt de rijkshoofdstad. Een tijdperk van industriële expansie en stedelijke ontwikkeling begint en het inwonertal goeit tot bijna twee miljoen in 1900.
1918-1920: Op 9 nov. 1918 breekt revolutie uit. De gematigde meerderheidssocialisten hebben de leiding en roepen de Deutsche Republik uit, maar Karl Liebknecht roept de Freie Sozialistische Republik uit. In de winter van 1918-1919 breken straatgevechten uit en de regering gebruikt het leger om de revolutie te onderdrukken. In jan. 1919 worden Karl Liebknecht en Rosa Luxemburg verslagen. Op 13 maart 1920 volgt de Kapp-Putsch om de Constitutie van Weimar weer omver te werpen, maar dit mislukt. In 1920 wordt Berlijn uit de provincie Brandenburg gelicht en wordt als Groot-Berlijn een zelfstandige bestuurseenheid. 7 omliggende steden, 59 plattelandsgemeenten en 27 landgoederen worden toegevoegd aan Gross-Berlin.
1933 - 1945: Hitler wordt benoemd als rijkskanselier en de Joodse gemeenschap in Berlijn wordt gedecimeerd. Luchtaanvallen door de geallieerden maken ook veel slachtoffers. Wanneer Berlijn in 1945 kapituleert is het inwoneraantal geslonken van 4,8 tot 2,3 miljoen.
1945: Aan het einde van de tweede wereldoorlog is Berlijn een ruïne en wordt bezet door de vier geallieerde legermachten: Amerika, Groot-Britannië en Frankrijk in het Westen, het Sovjet leger in het Oosten.
1948/1949: De toenemende onenigheid tussen de drie westerse machten enerzijds en de Russen anderzijds maken een gemeenschappelijk stadsbestuur op den duur onmogelijk. Wanneer de westerse grote drie begin 1948 besluiten in hun sectoren de geldsanering door te voeren, leidt dit aan Sovjetzijde tot een heftige reactie. De toevoerwegen naar West-Berlijn worden afgesneden en geblokkeerd. De westerse mogendheden stellen dan een luchtbrug in (april 1948) om de inwoners van het eiland West-Berlijn van brandstof en voedsel te voorzien. Na één jaar wordt de blokkade opgeheven.
1949/1950: Met de instelling van de Bondsrepubliek Duitsland en de DDR wordt een reorganisatie van het Berlijnse stadsbestuur noodzakelijk. Onder Reuter wordt West-Berlijn in 1950 tegelijkertijd als een Land van de bondsrepubliek en als een stad geconstitueerd. Het oostelijk deel van de stad onder burgemeester Ebert jr. kan daarentegen geheel in de DDR worden geïntegreerd en wordt formeel en feitelijk haar hoofdstad. De geringe beperkingen van het goederen- en reizigersverkeer maken de stad in de jaren vijftig tot een unieke ontmoetingsplaats tussen West en Oost. Talrijke Oost-Duitsers kunnen via Berlijn naar het Westen uitwijken.
16/17 juni 1953: Volksopstand in de DDR en in Oost-Berlijn. Tanks van het Sovjetleger onderdrukken de Oost-Berlijnse arbeidersopstand.
13 aug. 1961: Begin van de bouw van de Berlijnse Muur om de vluchtelingenstroom van Oost naar West te stoppen.
3 sept. 1971: Ondertekening van het Viermachtenstatuut waarin de status van Berlijn wordt vastgelegd. Hierop volgen ook nieuwe verdragen tussen de Bondsrepubliek en de DDR met betrekking tot Berlijn.
9 nov. 1989: De ineenstorting van het oostblok leidt tot geweldloze massademonstraties en een massale uittocht naar de socialistische broederlanden. Op 9 november wordt de muur opengesteld voor Oost-Duitsers.
3 okt. 1990: Duitsland wordt officieel herenigd. De Bondsdag besluit met een krappe meerderheid tot de verhuizing van de Bondsdag en de regering naar Berlijn dat weer hoofdstad wordt van Duitsland.
dec. 1990: De eerste vrije verkiezingen voor heel Berlijn vinden plaats.
1994: De geallieerden vertrekken definitief uit Berlijn. In april 1994 kwamen de regeringen van Berlijn en Brandenburg tot een overeenkomst die voorziet in het samengaan van beide deelstaten.
1995: Christo pakt het Rijksdaggebouw in.
Mei 1996: In een referendum over het samengaan van Berlijn en Brandenburg stemt Berlijn met een kleine meerderheid voor, maar Brandenburg stemt tegen en de fusie gaat niet door. Brandenburg is een rijke deelstaat en Berlijn een geldverslindende staat (mede door alle bouwprojekten).
2000: De regering is in Berlijn aangekomen. De Bundestag houdt zijn eerste zittingen in de Reichstag. Berlijn wordt het favoriete reisdoel in Duitsland.
Voor websites met meer info over de geschiedenis van Berlijn kun je kijken op onze linkpagina Berlijn.
Klimaat
Het klimaat in Berlijn verschilt niet veel van dat in Nederland. De invloed van de zee is enigszins minder waardoor de winters gemiddeld een tikje kouder zijn en de zomers een beetje warmer. Neerslag kun je in alle jaargetijden verwachten. Wij waren er begin september en hadden prachtig weer met temperaturen tot 28 graden! In het centrum is het enkele graden warmer dan erbuiten.
Flora en fauna
Hierover hebben we geen informatie kunnen vinden. Toch is Berlijn rijk aan flora en fauna, een simpele conclusie wanneer je alle parken en meren ziet. Wie hierover meer informatie weet kan ons altijd mailen.
Economie
Tijdens de splitsing van Berlijn in Oost en West was West-Berlijn afhankelijk van subsidies vand de Bondsrepubliek omdat de meeste bedrijven de stad verlieten in de jaren 50 en 60. Oost-Berlijn daarentegen was de grootste industriestad van de DDR. Na de hereniging werden de subsidies langzamerhand verminderd. De DDR-bedrijven bleken niet rendabel genoeg te zijn en raakten hun afzetgebied in de voormalige oostbloklanden kwijt. De werkloosheid in het oosten van de stad is extreem hoog, bijna 15% in 1998. De verhuizing van de regering en de Bondsdag geven echter een stimulans in verband met alle bouwaktiviteiten en de dienstverlenende sektor.
Industrie en verkeer
Voor de eenwording in 1990 was Oost-Berlijn de grootste industriestad van de Duitse Democratische Republiek. West-Berlijn behoorde, samen met Hamburg en Mü nchen, tot de drie grootste industriële centra van de Bondsrepubliek. Meer dan een derde van de beroepsbevolking is werkzaam in de elektronica-industrie. Voorts voedings- en genotsmiddelen industrie, machine bouw, fabricage van vervoermiddelen en chemische industrie. Tot de traditionele Berlijnse indrustrieën behoren o.a. porseleinfabricage (sinds 1764), grafische en filmindustrie. Ten opzichte van de jaren zeventig is de werkgelegenheid in de industriële sector drastisch verminderd ten gunste van de dienstensector. Berlijn heeft twee vliegvelden, in het noordwesten het in 1975 geopende vliegveld Tegel, dat het verkeer van de oude luchthaven Tempelhof heeft overgenomen; in het zuiden Schönefeld. Veel goederenvervoer geschiedt via de waterwegen (Oder-Spree-Kanal, Teltowkanal, Oder-Havel-Kanal). Het ondergrondse U-bahnnet heeft een lengte van meer dan 200 km.
Diensten en recreatieve functies
Bijna de helft van de beroepsbevolking is werkzaam in de tertiaire sector. Hoewel Berlijn zijn vroegere leidende positie op het gebied van vakbeurzen moest afstaan aan andere steden (Frankfurt a.M., Hannover, Keulen, Dü sseldorf, Leipzig), worden er jaarlijks belangrijke beurzen gehouden. Er zijn vier congresgebouwen w.o. de Kongresshalle (1957), het congrescentrum ICC (1979) en het gebouw dat voor de vergaderingen van de Oost-Duitse Volkskammer diende. Jaarlijks vinden diverse festivals plaats, zoals de Berliner Festwochen (1951; concert, opera, toneel, beeldende kunst), het internationale filmfestival (Gouden en Zilveren Beer) en de Berliner Jazztage. De Zoologischer Garten (29 ha; aangelegd in 1841) geldt als een van de beste dierentuinen ter wereld. Er is een botanische tuin. Voorts een sterrenwacht en een planetarium. De stad beschikt over tal van radio- en televisiestudio's; vóór de eenwording waren in West-Berlijn vooral bekend de SFB (Sender Freies Berlin) en RIAS (Rundfunk im Amerikanischen Sektor). Er zijn vele sport- en recreatiemogelijkheden: het Olympiastadion (naar plannen van W. March) werd voor de Olympische Spelen van 1936 gebouwd. Van veel belang voor de recreatie zijn de bosgebieden aan de stadsranden: stadsbossen Grunewald, Spandau, Köpenick en Friedrichshain, alsmede de Berlijnse meren: Wannsee, Havel, Tegeler See, Grosser Mü ggelsee, Langer See en Seddin See.
Industrie en verkeer
Voor de eenwording in 1990 was Oost-Berlijn de grootste industriestad van de Duitse Democratische Republiek. West-Berlijn behoorde, samen met Hamburg en Mü nchen, tot de drie grootste industriële centra van de Bondsrepubliek. Meer dan een derde van de beroepsbevolking is werkzaam in de elektronica-industrie. Voorts voedings- en genotsmiddelen industrie, machine bouw, fabricage van vervoermiddelen en chemische industrie. Tot de traditionele Berlijnse indrustrieën behoren o.a. porseleinfabricage (sinds 1764), grafische en filmindustrie. Ten opzichte van de jaren zeventig is de werkgelegenheid in de industriële sector drastisch verminderd ten gunste van de dienstensector. Berlijn heeft twee vliegvelden, in het noordwesten het in 1975 geopende vliegveld Tegel, dat het verkeer van de oude luchthaven Tempelhof heeft overgenomen; in het zuiden Schönefeld. Veel goederenvervoer geschiedt via de waterwegen (Oder-Spree-Kanal, Teltowkanal, Oder-Havel-Kanal). Het ondergrondse U-bahnnet heeft een lengte van meer dan 200 km.
Diensten en recreatieve functies
Bijna de helft van de beroepsbevolking is werkzaam in de tertiaire sector. Hoewel Berlijn zijn vroegere leidende positie op het gebied van vakbeurzen moest afstaan aan andere steden (Frankfurt a.M., Hannover, Keulen, Dü sseldorf, Leipzig), worden er jaarlijks belangrijke beurzen gehouden. Er zijn vier congresgebouwen w.o. de Kongresshalle (1957), het congrescentrum ICC (1979) en het gebouw dat voor de vergaderingen van de Oost-Duitse Volkskammer diende. Jaarlijks vinden diverse festivals plaats, zoals de Berliner Festwochen (1951; concert, opera, toneel, beeldende kunst), het internationale filmfestival (Gouden en Zilveren Beer) en de Berliner Jazztage. De Zoologischer Garten (29 ha; aangelegd in 1841) geldt als een van de beste dierentuinen ter wereld. Er is een botanische tuin. Voorts een sterrenwacht en een planetarium. De stad beschikt over tal van radio- en televisiestudio's; vóór de eenwording waren in West-Berlijn vooral bekend de SFB (Sender Freies Berlin) en RIAS (Rundfunk im Amerikanischen Sektor). Er zijn vele sport- en recreatiemogelijkheden: het Olympiastadion (naar plannen van W. March) werd voor de Olympische Spelen van 1936 gebouwd. Van veel belang voor de recreatie zijn de bosgebieden aan de stadsranden: stadsbossen Grunewald, Spandau, Köpenick en Friedrichshain, alsmede de Berlijnse meren: Wannsee, Havel, Tegeler See, Grosser Mü ggelsee, Langer See en Seddin See.
Gebouwen in een aantal wijken
in het vooroorlogse Berlijn) kon worden onderscheiden in drie gebieden: de Altstadt of Kurfürstenstadt, die in de 17de en 18de eeuw door de bouw van Dorotheen- en Friedrichstadt naar het westen tot aan de Tiergarten werd uitgebreid. Deze Altstadt werd in de 19de eeuw omgeven door de Wilhelminische Grossstadgürtel, waarin allengs oude stedelijke kernen en dorpen (NeuCölln, Tempelhof, Charlottenburg e.a.) werden opgenomen. Dit gebied wordt gekenmerkt door gesloten bebouwing. In de tweede helft van de 19de eeuw zijn hier als gevolg van grondspeculatie huurkazernes gebouwd met binnenhoven en een minimum aan woonruimte en -comfort. In de Aussenstadt, die als een brede ring rond de Wilhelminische ligt, overheerst een min of meer verspreide bebouwing. De in het stadsgebied opgenomen stadjes en dorpen zijn door hun aanleg nog duidelijk herkenbaar. De wederopbouw en herstel van het oostelijk deel van de stad, waar het grootste deel van de vooroorlogse representatieve gebouwen lag, vorderde onder het Oost-Duitse regime zeer langzaam. Pas na de eenwording van Duitsland en het besluit dat Berlijn de facto hoofdstad van de vergrote Bondsrepubliek zou worden, zijn in hoog tempo bouwactiviteiten ontwikkeld.
In het gerestaureerde Nikolaiviertel staat de Nikolaikirche, de oudste kerk van Berlijn, een van oorsprong romaanse basilica, na een stadsbrand in 1380 als gotische hallenkerk hersteld (na oorlogsschade gerestaureerd).
Geschiedde de wederopbouw van het vroegere Oost-Berlijn aanvankelijk in een sterk op de Russische architectuur gelijkende pronkstijl (de Karl-Marx-Allee is hiervan een voorbeeld), later brak een meer functionele architectuur door: Kongresshalle (1958-1962; Henselmann), Haus des Lehrers (1964; Henselmann), Hotel Stadt Berlin, alle gelegen aan de beroemde Alexanderplatz. De -inclusief de antenne- 365 m hoge Fernsehturm werd tussen 1965 en 1969 gebouwd. In de voormalige sectoren van de geallieerden in het westelijk deel van Berlijn is de oorlogsschade in snel tempo hersteld. West-Berlijn had in belangrijke mate de functie van etalage naar het oosten te zijn.
Unter den Linden
Het oude centrum wordt doorsneden door de pronkallee Unter den Linden, aan het einde afgesloten door de Brandenburger Tor (1791). Hieraan liggen de barokke Alte Bibliothek (1780), de Staatsoper (1740-1743; na brand in 1843 gereconstrueerd) van Georg Wenzeslaus von Knobelsdorff en de Humboldt-universiteit (1753) die sinds 1810 in dit gebouw is gehuisvest. Het Zeughaus (1695-1706) is het belangrijkste barokgebouw van Berlijn; in de zgn. Schlüterhof de beroemde Schlütermaskers van stervende krijgers. De classicistische Neue Wache (1818) van Karl Friedrich Schinkel, in 1966 gewijd aan de slachtoffers van fascisme en militarisme, is sinds 1993 officieel het eerste monument in Duitsland ter nagedachtenis aan de slachtoffers van oorlog en geweld; in het interieur een sculptuur van Käthe Kollwitz: Moeder met dode zoon. Aan de Gendarmenmarkt wordt het Deutsche Schauspielhaus (1821) van Schinkel, aan weerszijden geflankeerd door de Deutsche en Französische Dome (beide 1780-1785). De Friedrichswerdersche Kirche (1824-1830) van Schinkel, bevat een aan diens werk gewijd museum. De St. Hedwigskathedraal (1747-1773) werd in 1963 in gewijzigde vorm herbouwd. In de Berliner Dom (1894-1905), in Italiaanse renaissancestijl, bevindt zich de crypte waarin meer dan 90 leden van de familie Hohenzollern zijn bijgezet. De musea op het hierachter gelegen Museuminsel (ingericht in het begin van de 19de eeuw) zijn o.a. het Pergamon-Museum (voltooid 1930), de Alte Nationalgalerie (1867-1876), het Alte Museum (1824-1830) van Schinkel in het Bode-Museum. En zo kan de lijst van gebouwen nog wel voortgezet worden...Alexanderplatz en omgeving
De Alexanderplatz is van belang als commercieel centrum en verkeersknooppunt in het oostelijk deel van Berlijn. In de herstelde Marienkirche (14de eeuw) bevindt zich de oudste Dodendans (1485) van Duitsland. Uit de tweede helft van de 19de eeuw dateert het 'rode raadhuis' (1861-1870), in rode baksteen.In het gerestaureerde Nikolaiviertel staat de Nikolaikirche, de oudste kerk van Berlijn, een van oorsprong romaanse basilica, na een stadsbrand in 1380 als gotische hallenkerk hersteld (na oorlogsschade gerestaureerd).
Geschiedde de wederopbouw van het vroegere Oost-Berlijn aanvankelijk in een sterk op de Russische architectuur gelijkende pronkstijl (de Karl-Marx-Allee is hiervan een voorbeeld), later brak een meer functionele architectuur door: Kongresshalle (1958-1962; Henselmann), Haus des Lehrers (1964; Henselmann), Hotel Stadt Berlin, alle gelegen aan de beroemde Alexanderplatz. De -inclusief de antenne- 365 m hoge Fernsehturm werd tussen 1965 en 1969 gebouwd. In de voormalige sectoren van de geallieerden in het westelijk deel van Berlijn is de oorlogsschade in snel tempo hersteld. West-Berlijn had in belangrijke mate de functie van etalage naar het oosten te zijn.